Tot rond de Eerste Wereldoorlog was het in de meeste gemeenten nog gebruikelijk dat de veldwachter vanop de roepsteen, daartoe speciaal geplaatst bij het kerkportaal of de nabije omgeving, de officiële bekendmakingen “omriep”. Ook verkopingen bvb werden zo kenbaar gemaakt.
Tot in de 18de eeuw speelde de “aanplakking” maar een aanvullende rol in het openbaar leven, want het grootste deel van de landelijke bevolking kon niet lezen. Vandaar het belang van de roepsteen. Hier en daar werd nog omgeroepen vanop de kerksteen tot aan de Tweede Wereldoorlog. Zo besteeg de Vichtse veldwachter rond die tijd nog af en toe de roepsteen als het heel belangrijk nieuws was dat hij te melden had. De gewone werkwijze was “uithangen in het kaske” of met krijt schrijven op het bord dat aan de oostgevel hing van de toenmalige herberg “De Vlasboot” bij Antoon Verfaille.
Dat de roepsteen een officieel en openbaar monument was blijkt bvb uit het feit dat in 1921, toen de Oude Kerk gerestaureerd werd na de opgelopen oorlogsschade, in de gemeenteraad beslist werd “de steen van de veldwachter te verplaatsen recht voor de kerk en tegen een der steunpilaren”. (Zitting van 29/8/1921)
De gewone plaats van de Vichtse roepsteen was in de uitronding van het portaal, rechts van de toegangsdeur. Het oudste document waarop de roepsteen te zien is, dateert van rond de eeuwwisseling. Het was een eenvoudig achtkantig stuk natuursteen met vier grote en vier kleine zijden en zo’n 20 à 30 cm hoog. Op een foto genomen kort na de Eerste Wereldoorlog, zien we dezelfde steen, maar nu ligt hij bovenop een kapiteel, dat met de achtkantige bovenzijde op de grond rust. Wanneer deze ingreep gebeurde weten we niet; feit is dat dit kapiteel afkomstig was van de afgebroken kerk van Pervijze. Pastoor De Poorter (1904-1918) had namelijk uit deze afbraak drie of vier pilaren gekocht en naar Vichte laten brengen. Zijn bedoeling was ze te gebruiken bij het vergroten van de kerk!
Blijkbaar vonden de Vichtenaren het “geen zicht”, want we stellen op een prentkaart uit 1923 vast dat de roepsteen nu bestaat uit twee identieke kapitelen, met de achtkantige vlakken op elkaar geplaatst. Deze toestand bleef bestaan tot bij het verhuizen naar de nieuwe kerk in 1962. Waar de originele roepsteen bleef is ons niet bekend.
In 1965 blijkt een van de kapitelen verdwenen (kwamen toen ook al antiekliefhebbers langs ?) en toen men in 1971 met de restauratie van de Oude Kerk begon was ook het tweede kapiteel spoorloos. Gelukkig slechts tijdelijk, want toen men bij het graven van een sleuf voor de buizen van de centrale verwarming, – waarvan de stookinstallatie zich in de toen nog bestaande gebouwen bij de kasteelwal bevond – botste men op “een grote steen”, zoals de kraanman zei. Op dat ogenblik was Leonard Blockeel ter plaatse, hij herkende dadelijk die steen als de (halve) roepsteen. Op zijn vraag heeft de aannemer de steen links van de kerk geplaatst op enkele bakstenen. Later werd hij dichter bij het portaal geplaatst, steeds op de bakstenen. Daar lag hij nog in 1983. Omdat nadien men in 1985 de omgeving van de kerk had “opgesmukt”, was er van onze Vichtse roepsteen weer geen spoor meer te bekennen!
De vraag is nu: Waar is de roepsteen?
Naar het schijnt zou hij bij een particulier in Tiegem liggen.